Vtot/l x Druk/atm = Inhoud/l
Het volume (Vtot/l) van de cilinder
vermenigvuldigd met de druk (Druk/atm) in de cilinder
is de inhoud in liters (Inh/l) van een zuurstofcilinder.
Met inhoud geven we aan hoeveel er in een verpakking zit.
Met volume geven we aan hoeveel er in een verpakking kan (h x b x d).
In het ziekenhuis komt de zuurstof uit leidingen in de muur, maar in thuissituaties en
op de ambulances komt de zuurstof uit cilinders. Bij het aansluiten van een nieuwe
cilinder of ter controle wil men weten hoeveel liter er in een zuurstoffles zit.
Door het volume dat op de cilinder staat (meestal op de onderrand aan de buitenzijde) te
vermenigvuldigen met de druk in de cilinder (af te lezen op de manometer) weet je
de inhoud aan zuurstof in liters.
Hoe meer zuurstof erin zit, hoe hoger de druk. Zit er 4 liter zuurstof in een cilinder van
2 liter, dan is de druk 2x zo hoog en kan men op de manometer aflezen dat de druk in
de cilinder 2 atmosfeer (atm.) is. Zit er 6 liter in, dan is de druk 3x zo hoog. Zit 20 liter
in dan is de druk 10x zo hoog, enzovoorts. Je mag dus zeggen dat het volume van de
cilinder vermenigvuldigd met de druk aangeeft hoeveel zuurstof er werkelijk in de
cilinder zit:
volume x druk = inhoud (hoeveelheid zuurstof)